Echografische diagnostiek is een medisch beeldvormende techniek met behulp van ultrageluid. Dit ultrageluid wordt met behulp van een transducer (zender/ontvanger) het lichaam in gestuurd, waarna het weerkaatst op de verschillende weefsels in het lichaam. Deze weerkaatste geluidsgolven (echo’s) worden door de transducer weer opgevangen en na bewerking in verschillende grijswaarden op een beeldscherm getoond.

De ontstane beelden geven een afgeleide van de werkelijkheid en geven een indruk over de hardheid van de diverse weefselstructuren. Elk type weefsel heeft een andere hardheid. Botweefsel is duidelijk harder dan spierweefsel, hetgeen weer zachter is dan peesweefsel. Door deze variaties in hardheid te kennen is het mogelijk om afwijkingen te herkennen.

Het voordeel van echografische diagnostiek door een fysiotherapeut is dat deze in staat is om het verhaal van de patiënt te combineren met het lichamelijk fysiotherapeutisch onderzoek en de informatie die door echografisch onderzoek wordt verkregen. Juist door deze gegevens te combineren zijn de klachten goed te interpreteren en is de fysiotherapeut in staat een adequater behandelplan op te stellen.